Weg met het taboe op angst- en paniekstoornissen
2.Apr.2019
Bijna 1 op de 5 volwassenen krijgt in zijn leven te maken met een angststoornis. Toch vinden mensen met angstklachten het lastig hierover te praten door schaamte en zelfstigma. Om het gesprek over angst- en paniekklachten op gang te brengen, start staatssecretaris Blokhuis vandaag de campagne ‘Hey! Het is oké, maak het bespreekbaar’.

Minder last door erover te praten
Iedereen: jong, oud, man, vrouw, kan in zijn of haar leven te maken krijgen met een angststoornis. Maar gemiddeld ontwikkelen vrouwen (12,5%) vaker een angststoornis dan mannen met (7,7%). Vaak ontstaan angststoornissen al op jonge leeftijd, vanaf 15 jaar. En dat praten echt kan helpen, blijkt wel uit een recente peiling onder mensen met (signalen van) een angststoornis. Hierin gaf 48,1% van de jongeren en 52% van de vrouwen aan minder last te hebben van de angststoornis wanneer hij of zij erover praat.

Bovendien werkt praten twee kanten op. Het zorgt voor minder last van de angststoornis, maar zorgt ook voor meer begrip bij vrienden en familie. 59,9% van de jongeren en 63,9% van de vrouwen merkt dat hij of zij na het bespreekbaar maken beter wordt begrepen de omgeving. Mooie kans dus voor deze vrienden en familie om te vragen hoe het nu eigenlijk gaat!

Welke partijen doen er mee
Met de campagne ‘Hey! Het is oké, maak het bespreekbaar’ werkt VWS samen met veel partijen die actief zijn op dit terrein, zoals de ADF Stichting, MIND, GGD GHOR, Samen Sterk zonder Stigma en verschillende professionals uit de GGZ. Deze campagne maakt deel uit van de Hey-koepel om praten over psychische aandoeningen te normaliseren en het taboe hierop te doorbreken.