OT EN SIEN IN BEELD (DEEL 4)
1.Apr.2020
Het Scheepstra Kabinet hoefde voor dit vierde deel niet ver te reizen. Het volgende beeld van Ot en Sien staat in de stad Groningen. Natuurlijk kan een beeld in deze stad niet ontbreken. Als jongen van vijftien jaar was Hindericus Scheepstra hier leerling van de Rijkskweekschool voor onderwijzers. Na zijn studie was op hij op verschillende scholen werkzaam waarna hij op 35-jarige leeftijd terugkeerde naar de Martinistad. Hij werd daar benoemd tot leraar Nederlands en opvoedkunde aan de school waar hij zelf was opgeleid. Hij ging wonen in een deftig huis aan de Ossenmarkt en overleed in 1913 vrij plotseling na een hartstilstand, terwijl hij met zijn dochter op de Vismarkt in Groningen wandelde.

In 1963 werd bij openbare basisschool De Petteflet aan de Adriaan van Ostadestraat 2 in de Schildersbuurt een groot beeld onthuld. Het kolossale beeld is maar liefst 2.40 meter hoog. Je ziet twee kinderen die geborgenheid zoeken bij een moederfiguur. Het ene kind slaat de armen om de middel van de zittende moeder, terwijl deze bezig lijkt haar andere kind te troosten. Het uit cement gemaakte beeld is één van de bekendste werken van Anne Dekking-van Haeften en vormt een merkwaardig contrast met de fragiele draadfiguren bovenop het schoolgebouw van dezelfde kunstenares. Het beeld heet ‘Nog bij Moeder’ of ‘Ot en Sien’.

Anna Augusta Dekking-van Haeften was een Nederlandse beeldhouwer en tekenaar. Ze begon haar carrière als kunstenares omstreeks 1925 met het tekenen van portretten. Later stapte ze over op het boetseren van menselijke beeltenissen en het vervaardigen van beeldhouwwerken. Om goed te leren beeldhouwen verbleef de kunstenares in 1952-1953 in Parijs en nam les bij de beroemde Karl Longuet. Vanaf 1956 kreeg zij grote opdrachten voor beelden. Andere bekende werken van haar zijn ‘Vrouw van Lot’ en ‘De Formule’, beide geplaatst in de stad Groningen, en het oorlogsmonument in Delfzijl.

Foto: wikipedia
Tekst: Diana Brink