Uit de Geschiedenis en het heden: Keert de wal het schip?
16.Dec.2021
Door: Tjerk Karsijns

 

Hij kwam in 1766 ter wereld in het Friese dorpje Wanswerd en bereikte de respectabele leeftijd van negentig jaar. Met de geschiedenis van Roden heeft hij niets van doen, maar de omstandigheden rond hoe hij leefde zijn volledig vergelijkbaar met die van ons dorp. Daarom deze bijdrage.

 

 

Doeke Wijgers Hellema maakte van 1821 tot zijn dood in 1856 aantekeningen over het dagelijkse leven. Een soort van dagboek. Hoe verschillend zag het leven eruit ten opzichte van heden ten dage.

 

Doeke werd uiteindelijk boer in Barrahûs, een buurtschap gelegen iets onder Leeuwarden. Hij had geen tractor, combine, melkrobot, elektriciteit, auto, wasmachine, fiets, bromscooter, televisie, radio, senseo, vaatwasser, koelkast, e-bike, vriezer, magnetron, oven, friteuse, broodrooster, airco, jacuzzi, computer, iPad, douche, laptop, stereo-installatie, 20.000 kippen, 2.000 varkens, 400 koeien, kende geen plastic verpakkingen.

Had geen weet van een gigantische afvalberg, had geen asbest op het dak, geen vloerverwarming, kende geen stikstofprobleem, geen 500.000 vliegbewegingen met 70 miljoen passagiers op Schiphol, wist niets van CO-2, deed alles lopende en in een strenge winter per schaats, had geen vervuilende fabrieken in zijn omgeving en legde dus rustig zijn gewassen witte lakens op het bleekveld zonder dat die ’s avonds zwart waren, wist niets van smog, zag niet met oud- en nieuw door vuurwerk 250.000 kilo fijnstof, gelijk aan 10.000 vrachtwagens die 40 keer om de aarde rijden de atmosfeer verzieken, zag nooit wereldwijd 470 miljard Euro besteed worden aan bewapening.

 

Hij had nooit van de stijging van de zeespiegel gehoord, had geen windmolens op zijn land, geen zonnepanelen op het dak, in zijn tijd werd wereldwijd niet elk jaar 3 keer de oppervlakte van België ontbost, kende geen prestigeprojecten als landingen op de Maan en karretjes op Mars, een mestoverschot, had niet tijdens de maaltijd een mobieltje naast zijn bord liggen, appte niet de hele dag zinloze berichtjes, wist niets over atoombommen, kerncentrales, satellieten of verwende rijkelui in raketten, ruimteschroot, kerncentrales, klimaattoppen.

 

Had nooit een schip gezien met daarop 22.000 containers, kreeg niet tegen de feestdagen stapels folders in de bus die opriepen tot een vreetfestijn, kende geen pakjesberg op Sinterklaasavond, ging nooit met 6000 medepassagiers en 2000 bemanningsleden op een cruiseschip, 5 keer zo groot als de “Titanic”, zich uitleven op een  zeereis en zag niet tijdens zo’n trip dagelijks 1500 kilogram  overgebleven eten in zee gedumpt worden, terwijl even verderop mensen verhongeren, had nooit gehoord van horizonvervuiling.

 

Doeke kende geen overdadig volgepropte grote supermarkten met duizenden in plastic verpakte artikelen maar zat, zoals de inwoners van Roden, in een winkel als van Tjerk’n Hindrik Jan Scheepstra achter de kerk rustig te keuvelen met medebewoners tot hij zijn echt nodige boodschappen, afgewogen in papieren zakken, kon afrekenen.

 

Bij Doekes school was het niet meerdere keren per dag een chaos van auto’s met vaders en moeders die hun kinderen brachten en haalden. Hij liep, zoals alle kinderen dat deden, door weer en wind en ’s winters baggerend door de sneeuw. Hij werd niet per auto afgezet bij het zwembad, het sportveld of naar een  uitgebreid kinder-verjaardagsfeestje buiten het dorp gebracht.

 

Doeke werd niet te voet op hoge snelheid voorbij gesjeesd door een telefonerende snotneus op een elektrische fiets. Hij stapte niet met zijn hond in de auto om enkele honderden meters verder in het bos het beest uit te laten. In Doekes tijd had je niet de volledig doorgedraaide extravagante mafkezen als miljardairs die superjachten laten bouwen, miljonairsbeurzen, het zicht rond zijn boerderij werd niet vertroebeld door torenhoge windmolens.

 

Doeke leefde dus zeer eenvoudig en pleegde, zo zou je kunnen stellen, geen aanslag op de kwaliteit van lucht en voorraad grondstoffen der aarde. Er werd in zijn tijd geconsumeerd naar behoefte. Buiten de steden had praktisch iedereen een groentetuin. Van een paar kippen had men de eieren. Een varken zorgde voor het vlees. De koe verstrekte melk en boter. Met gemak kon de aarde de vraag aan.

 

Zo rond het jaar 1800 telde de wereld ongeveer 1 miljard mensen. Pas in 1927 werd de 2 miljard bereikt. In 127 jaar een miljard erbij. Daarna ging het snel. Heden ten dage zitten we op bijna 8 miljard. Dat is 8000 keer een miljoen! En binnen afzienbare tijd?

 

Natuurlijk willen de “derde wereldlanden” ook de zaken die wij hebben en Doeke Hellema niet had. Daar helpt geen klimaattop tegen in Glasgow en kunnen uitspraken als “ik wil de aarde in goede conditie doorgeven aan mijn kinderen en kleinkinderen” worden afgedaan als geleuter. De mens vernietigt de aarde. Terug dan maar naar 1850?  Nee, dat kun je van het domste en meest egoïstische wezen op aarde, de mens, moeilijk verwachten.

 

Nog steeds benieuwd hoe het gaat aflopen? Vrolijke Kerst.

 

De aantekeningen van Doeke Wijgers Hellema staan in het boek “Kroniek van een Friese boer”. Een aanrader!