Column Vogels in Nederland, De Sneeuwgors
1.Feb.2022
Column Vogels in Nederland, De Sneeuwgors
De Sneeuwgors is een kleine zangvogel die in ons land alleen te zien is in de winter. Soms in groepjes van wel 20 vogels verblijven ze meestal langs de kust of in havens.
In eerste instantie als je ze ziet zou je kunnen denken dat het ontsnapte volière vogels zijn.
Het mannetje is tijdens het broedseizoen wit met zwarte rugveren en snavel, in de winter is hij veel meer bruin ipv zwart. Vrouwtjes en jonge vogels hebben minder wit.
Broedvogel in Schotland, IJsland, Scandinavië en de noordkust van Rusland. Ze broeden in Mei en Juni en leggen ongeveer vijf eieren. Het broeden duurt ongeveer 15 dagen en de jongen kunnen na twee weken vliegen.
Sneeuwgorzen leven in Hooggebergtes en Toendra’s, ze voeden zich voornamelijk met zaden, maar tijdens het broedseizoen eten ze ook kleine insecten.
In ons land kun je ze treffen tijdens de winter maanden, de vrouwtjes trekken zuidelijker dan de mannetjes. Dit is dan ook vaak de reden dat hier in ons land veel mannetjes gezien worden. Per jaar verschilt het hoeveel er gezien worden, dit is ook mede afhankelijk van hoe koud het in hun broedgebied wordt in de winter.
Geschat wordt door Sovon dat er tussen de 800 en 3500 in ons land overwinteren.
Tekst en foto’s © Theo Kompier
TdKnatuurfotografie.nl
De Sneeuwgors is een kleine zangvogel die in ons land alleen te zien is in de winter. Soms in groepjes van wel 20 vogels verblijven ze meestal langs de kust of in havens.
In eerste instantie als je ze ziet zou je kunnen denken dat het ontsnapte volière vogels zijn.
Het mannetje is tijdens het broedseizoen wit met zwarte rugveren en snavel, in de winter is hij veel meer bruin ipv zwart. Vrouwtjes en jonge vogels hebben minder wit.
Broedvogel in Schotland, IJsland, Scandinavië en de noordkust van Rusland. Ze broeden in Mei en Juni en leggen ongeveer vijf eieren. Het broeden duurt ongeveer 15 dagen en de jongen kunnen na twee weken vliegen.
Sneeuwgorzen leven in Hooggebergtes en Toendra’s, ze voeden zich voornamelijk met zaden, maar tijdens het broedseizoen eten ze ook kleine insecten.
In ons land kun je ze treffen tijdens de winter maanden, de vrouwtjes trekken zuidelijker dan de mannetjes. Dit is dan ook vaak de reden dat hier in ons land veel mannetjes gezien worden. Per jaar verschilt het hoeveel er gezien worden, dit is ook mede afhankelijk van hoe koud het in hun broedgebied wordt in de winter.
Geschat wordt door Sovon dat er tussen de 800 en 3500 in ons land overwinteren.
Tekst en foto’s © Theo Kompier
TdKnatuurfotografie.nl