Uit de oorlogsgeschiedenis van Roden: Hoe Jacob L., de schrik van Roden schrok en bijna terugschrikte.
27.Feb.2022
Door: Tjerk Karsijns. Uit: oorlogsgesprekken op band.
Recentelijk, meer dan 75 jaar na dato, is door mensen buiten Roden, (zie Dagblad van het Noorden), niet gehinderd door enige kennis van zaken rond de oorlogsperiode in ons dorp, “vastgesteld” dat de “schrik van Roden” Jacob L. die twijfelachtige titel eigenlijk niet verdiende. Met die “conclusie” is het wiel opnieuw uitgevonden.
Nu dan maar even een echt verhaal uit Roden.
Een in het centrum van Roden wonend gezin, met een kleine winkel, kreeg in de laatste oorlogsperiode vrij laat in de avond met huiszoeking te maken. Een van de landwachten, een jonge boerenzoon, besloot het gezin te intimideren. Dat was geen toeval. Zijn vader had in het begin van de oorlog een conflict gehad met de vader in het gezin.
Dat kwam zo: Die vader had een paar kalveren, om later de dieren te verkopen voor de slacht. Zij graasden in een weiland achter het Hoogholt. De vader van de boerenzoon had, wellicht met opzet, de afrastering niet voor elkaar, zodat zijn beesten regelmatig graasden op het perceel van het gezinshoofd.
Daar kwam ruzie van en de boerenzoon wilde nog even zijn gram halen. Voor de inval had hij een motief bedacht: een onderduiker zoeken. Onder het clubje dat bij het gezin binnenviel was de jonge Jacob L. Een geluk was dat zij door de winkeldeur binnenkwamen, en niet achterom. Ook dat geluk moet even worden toegelicht. Op het moment dat de landwacht binnenstapte werd in de schuur achter de woning een varkentje geslacht. Clandestien natuurlijk.
De spanning had daar even tevoren al een hoogtepunt bereikt toen een uit het goede hout gesneden buurman, die wist van het slachten, voor de grap even op het raampje van het schuurtje had getikt. De verlamming binnen laat zich raden. De slachters dachten te zijn ontdekt! Maar, het was dus vals alarm.
De drie landwachten kwamen dus door de voordeur. Jacob liep achteraan, het hoofd gebogen. De vrouw des huizes, haar man was in de schuur, ontving het clubje. Zij was niet bang uitgevallen en vroeg op hoge toon wat de heren wensten. De boerenzoon deed het woord. Ze zochten een onderduiker. Een van de zoons in het gezin wist in een onbewaakt ogenblik te verdwijnen en lichtte de slachters in. Even later was het stil en donker in de schuur en de deur ging op slot.
“Je gaat je gang maar”, sprak de vrouw tegen de landwachten. “Maar niets meenemen hé”. Twee mannen gingen direct naar boven en de vrouw troonde Jacob mee naar de achterkamer. Daar kon hij wel even zoeken… Het feit dat hij zo gedwee was lag in het feit dat hij als jongen, bevriend met een van de zoons des huizes, altijd kind aan huis was geweest. Daar kwam bij dat de vrouw op zeer vriendschappelijke voet stond met Jacobs moeder. Zij zaten in hetzelfde clubje. Dan was de vader in het gezin een klant van Jacobs vader. Beide families kenden elkaar dus goed.
In de achterkamer zeeg Jacob neer op een stoel en vertelde tot tranen geroerd dat hij niet mee had gewild maar geen keus had. Hij schaamde zich diep en vroeg de vrouw met klem niets aan zijn ouders te vertellen. De vrouw, die wist hoe Jacob zich had ontwikkeld onder het juk van zijn dominante vader, toonde begrip.
De twee landwachten kwamen onverrichterzake de trap weer af. Zij hadden boven in bed een zevenjarig meisje gevonden, een nichtje dat in verband met de onrustige situatie in haar woonomgeving een tijdje naar oom en tante in Roden was gestuurd. Heel Roden kende haar al.
De andere zoon, die de landwachten natuurlijk goed kende, hield de twee even later in de voorkamer slim aan de praat. Hij begon over de prachtige Royal Enfield, de trots van de boerenzoon. Die vertelde zó enthousiast over de motorfiets dat tijd en wrok even werden vergeten en de inval bijna uitgroeide tot een gezellig samenzijn.
In de achterkamer was Jacob ondertussen op zijn gemak gesteld met zijn in het gezin bekende favoriete drankje, een glas warme melk met een beetje honing en kaneel. Nadien vertrok het drietal, de twee in de overtuiging dat Jacob de rest van het huis had gecontroleerd.
Binnen afzienbare tijd op deze site, enkele voorbeelden:
Hoe L. senior werd opgepakt.
De gebakjes.
Vader en zoon B. uit Hoogkerk en de Bloedploeg.
Wat vond er plaats in het gemeentehuis.
De tabaksclub.
De in beslag genomen goederen.
De Torensma lijst.
De schaduwzijde van het verzet.
Praktiek (Drents) en politiek”.
Gedetailleerd verslag van de brandweerlieden van Roden op 15 april 1945 op de Grote Markt in Groningen. Onder andere: hoe de Noordzijde van de Grote Markt begon te branden.
Recentelijk, meer dan 75 jaar na dato, is door mensen buiten Roden, (zie Dagblad van het Noorden), niet gehinderd door enige kennis van zaken rond de oorlogsperiode in ons dorp, “vastgesteld” dat de “schrik van Roden” Jacob L. die twijfelachtige titel eigenlijk niet verdiende. Met die “conclusie” is het wiel opnieuw uitgevonden.
Nu dan maar even een echt verhaal uit Roden.
Een in het centrum van Roden wonend gezin, met een kleine winkel, kreeg in de laatste oorlogsperiode vrij laat in de avond met huiszoeking te maken. Een van de landwachten, een jonge boerenzoon, besloot het gezin te intimideren. Dat was geen toeval. Zijn vader had in het begin van de oorlog een conflict gehad met de vader in het gezin.
Dat kwam zo: Die vader had een paar kalveren, om later de dieren te verkopen voor de slacht. Zij graasden in een weiland achter het Hoogholt. De vader van de boerenzoon had, wellicht met opzet, de afrastering niet voor elkaar, zodat zijn beesten regelmatig graasden op het perceel van het gezinshoofd.
Daar kwam ruzie van en de boerenzoon wilde nog even zijn gram halen. Voor de inval had hij een motief bedacht: een onderduiker zoeken. Onder het clubje dat bij het gezin binnenviel was de jonge Jacob L. Een geluk was dat zij door de winkeldeur binnenkwamen, en niet achterom. Ook dat geluk moet even worden toegelicht. Op het moment dat de landwacht binnenstapte werd in de schuur achter de woning een varkentje geslacht. Clandestien natuurlijk.
De spanning had daar even tevoren al een hoogtepunt bereikt toen een uit het goede hout gesneden buurman, die wist van het slachten, voor de grap even op het raampje van het schuurtje had getikt. De verlamming binnen laat zich raden. De slachters dachten te zijn ontdekt! Maar, het was dus vals alarm.
De drie landwachten kwamen dus door de voordeur. Jacob liep achteraan, het hoofd gebogen. De vrouw des huizes, haar man was in de schuur, ontving het clubje. Zij was niet bang uitgevallen en vroeg op hoge toon wat de heren wensten. De boerenzoon deed het woord. Ze zochten een onderduiker. Een van de zoons in het gezin wist in een onbewaakt ogenblik te verdwijnen en lichtte de slachters in. Even later was het stil en donker in de schuur en de deur ging op slot.
“Je gaat je gang maar”, sprak de vrouw tegen de landwachten. “Maar niets meenemen hé”. Twee mannen gingen direct naar boven en de vrouw troonde Jacob mee naar de achterkamer. Daar kon hij wel even zoeken… Het feit dat hij zo gedwee was lag in het feit dat hij als jongen, bevriend met een van de zoons des huizes, altijd kind aan huis was geweest. Daar kwam bij dat de vrouw op zeer vriendschappelijke voet stond met Jacobs moeder. Zij zaten in hetzelfde clubje. Dan was de vader in het gezin een klant van Jacobs vader. Beide families kenden elkaar dus goed.
In de achterkamer zeeg Jacob neer op een stoel en vertelde tot tranen geroerd dat hij niet mee had gewild maar geen keus had. Hij schaamde zich diep en vroeg de vrouw met klem niets aan zijn ouders te vertellen. De vrouw, die wist hoe Jacob zich had ontwikkeld onder het juk van zijn dominante vader, toonde begrip.
De twee landwachten kwamen onverrichterzake de trap weer af. Zij hadden boven in bed een zevenjarig meisje gevonden, een nichtje dat in verband met de onrustige situatie in haar woonomgeving een tijdje naar oom en tante in Roden was gestuurd. Heel Roden kende haar al.
De andere zoon, die de landwachten natuurlijk goed kende, hield de twee even later in de voorkamer slim aan de praat. Hij begon over de prachtige Royal Enfield, de trots van de boerenzoon. Die vertelde zó enthousiast over de motorfiets dat tijd en wrok even werden vergeten en de inval bijna uitgroeide tot een gezellig samenzijn.
In de achterkamer was Jacob ondertussen op zijn gemak gesteld met zijn in het gezin bekende favoriete drankje, een glas warme melk met een beetje honing en kaneel. Nadien vertrok het drietal, de twee in de overtuiging dat Jacob de rest van het huis had gecontroleerd.
Binnen afzienbare tijd op deze site, enkele voorbeelden:
Hoe L. senior werd opgepakt.
De gebakjes.
Vader en zoon B. uit Hoogkerk en de Bloedploeg.
Wat vond er plaats in het gemeentehuis.
De tabaksclub.
De in beslag genomen goederen.
De Torensma lijst.
De schaduwzijde van het verzet.
Praktiek (Drents) en politiek”.
Gedetailleerd verslag van de brandweerlieden van Roden op 15 april 1945 op de Grote Markt in Groningen. Onder andere: hoe de Noordzijde van de Grote Markt begon te branden.