Gemeentebelangen op de bres voor hertenkampen
9.Mar.2023
Gemeentebelangen op de bres voor hertenkampen

 

Gemeentebelangen Noordenveld heeft gisteravond met succes een motie ingediend voor het behoud van de hertenkampen in Noordenveld. Minister Piet Adema (CU) van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) heeft een lijst opgesteld met dertig huis- en hobbydieren die je vanaf 1 januari 2024 nog thuis mag houden. Hertenkampen en kinderboerderijen zijn kleinschalig en vallen onder dezelfde categorie. Op de lijst van Adema ontbreken de damherten en dus mogen ze vanaf 1 januari niet meer gefokt worden. In de motie, mede ingediend door het CDA, Lokaal Noordenveld en de VVD en met steun van Lijst Groen Noordenveld werd het college van Noordenveld opgeroepen om er bij het kabinet en bij de Tweede Kamer fracties op aan te dringen het besluit te herzien en de damherten alsnog te plaatsen op de positieflijst met dieren die per 1 januari 2024 ingaat.

 

“De damherten op de kinderboerderijen en hertenkampen in onze gemeente, maar ook in andere gemeentes lopen daar al tientallen, in sommige gevallen al honderd jaar rond. Ze zijn generaties achter elkaar op hertenkampen geboren en zijn gewend aan mensen. Je kunt deze damherten dan ook geen wilde dieren meer noemen.“ legt Armein Sikkenga, indiener van de motie, uit. “Bovendien, worden de dieren goed verzorgd en hebben er, voor zover wij weten, nog nooit incidenten plaats gevonden”.

 

Sociaal aspecten

Rolf Swart, steunfractielid van Gemeentebelangen en initiatiefnemer van de motie is het met Sikkenga eens. Daarnaast benadrukt hij ook de sociale aspecten. “De damherten in Noordenveld worden goed en liefdevol verzorgd door vele vrijwilligers. Maar ook mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt vinden hier hun dagbesteding. En opa’s en oma’s komen graag met hun kleinkinderen de hertjes bekijken. De sociale cohesie rondom de hertenkampen is groot.” Swart verbaast zich daarnaast over het feit dat exoten als kamelen en waterbuffels wél op de lijst van geschikte huisdieren staat. “Maar ik geloof niet dat een waterbuffelkamp een goed alternatief is” besluit hij.