Uit de Oorlogsgeschiedenis van Roden: Waar immer over is gezwegen; Uitwassen na de Bevrijding.
17.Apr.2023
Uit de Oorlogsgeschiedenis van Roden: Waar immer over is gezwegen; Uitwassen na de Bevrijding.

 

Door: Tjerk Karsijns. Uit: oorlogsgesprekken op band.

 

De dagen na de bevrijding, op vrijdagmiddag 13 april 1945, werden in Roden nogal wat mensen opgepakt. Door spontaan uit hun holen tevoorschijn gekropen “verzetsstrijders” werden zij verzameld bij het gemeentehuis, waar een opgefokte, sensatiebeluste menigte vervolgens haar gram kon halen. Met een geweer in de rug werden “fouten”, maar ook volkomen onschuldige kindertjes door het dorp gevoerd en opgebracht. Dat de verantwoordelijke “dapperen” diezelfde kinderen door zo’n “behandeling” een levenslang trauma bezorgden boeide hen en de joelende menigte niet in het minst.
Een “koene”, zeer bekende Rodenaar liet ook van zich spreken. Hij haalde veearts Luitjens van huis. De loop van het geweer had hij over de schouder van zijn arrestant gelegd en onderweg kreeg die de opdracht het Wilhelmus te zingen en “Leve de Koningin” te roepen. De aangehoudene gaf geen krimp. De krijgshaftige opbrenger schoot. Zonder succes. Bij het gemeentehuis aangekomen deed hij er een schep bovenop. De veearts, hoewel hij verklaarde niets tegen het Koningshuis te hebben, weigerde opnieuw de opdracht, waarop de onverschrokkene hem de hoed van het hoofd schoot. Daarna werd Luitjens opgesloten in de school en nadien naar Veenhuizen gebracht, waarvandaan hij na zeven weken detentie aan de arbeid werd gezet om mestschepen te lossen.
Meer “kordate” Rodenaren gingen op weg om mensen te arresteren. Armoedig op de hoogte drongen zij dikwijls de verkeerde huizen binnen en brachten volkomen onschuldige mensen op. Euvel te duiden viel dat echter de manmoedigen niet. Zij, de overwinnaars zogezegd, deden immers hun  burgerplicht. En waar gehakt wordt vallen nu eenmaal spaanders, nietwaar? Je zou een en ander kunnen beschouwen als onvermijdelijke nevenschade. Wist U trouwens dat ook Limburgse evacuees een forse duit in de zak deden?

 

 In Roden zijn na de bevrijding veel gearresteerden mishandeld. Bij het gemeentehuis, in de school en in de loods achter de melkfabriek. Veenhuizen was de plek waar de opgepakten nadien doorgaans terechtkwamen. Daar was de POD, de Politieke Opsporings Dienst actief. Een gezellig clubje dat enthousiast de gummiknuppel liet spreken wanneer NSB-ers en andere gevangenen tijdens hun verhoor niet-welgevallige antwoorden gaven. Van Veenhuizen gingen de gevangenen naar Westerbork, naar de echte hel. Wat daar gebeurde valt in de categorie “Bloedploeg Norg” en is nauwelijks te beschrijven! Mishandeling, moord, verkrachting etc. etc.
In het hele land vonden dergelijke excessen plaats. En nu kon hoogleraar Guus Belinfante als “deskundige”, doch niet gespeend van persoonlijke motieven in Canada tijdens het proces Luitjens wel eufemistisch spreken van “hier en daar misschien een klap, maar slechts enkele keren”, de feiten vertellen het ware verhaal. Natuurlijk zijn de verantwoordelijken voor die uitspattingen nooit veroordeeld. Overwinnaars straft men niet. Zij hebben het gelijk aan hun zijde.
De geschiedenis bewijst het.

 

De leden van de Binnenlandse Strijdkrachten in Roden, met voorop de clownesk uitgedoste commandant in zijn hem ooit tijdens zijn diensttijd verstrekte cavaleristen tenue, compleet met pet, laarzen en rang, leden aan een hardnekkig virus, de zogenaamde “verzamelwoede”. Van hun slachtoffers roofden zij zilverwerk, gouden sieraden, fietsen, serviesgoed, bestek, geld etc. etc. Zo werd op de zolder van de school en het gemeentehuis een deel van het gestolene, kennelijk te weinig relevant voor de begerige handjes van de B.S-ers zelf, verzameld. Nog jarenlang na april 1945 werd in het gemeentehuis de koffie geserveerd in gestolen serviesgoed.
Opmerkelijk mag dus worden genoemd dat lieden die na de bevrijding orde op zaken moesten stellen geen haar beter waren dan de figuren die zij zo verfoeiden. Zij gingen net zo tekeer, of erger. Op deze site is al eens beschreven  wat die zelfbenoemde verzetsstrijders zoal presteerden. De namen van de flinkeriken zijn met naam en toenaam bekend. Zijn zij er trouwens ooit op aangesproken? Natuurlijk niet. Spijtig genoeg was de titel al vergeven, anders was voor hen het na de oorlog zo gloedvol in zwang gekomen predicaat “Schrik van Roden” wellicht toepasselijk geweest.
Gezien de uitbarstingen in den lande van agressie, machtsmisbruik, diefstallen, mishandelingen, machtswellust, bedreigingen, verkrachtingen, intimidatie, vernederingen en moord, onder andere in kampen gepleegd door lieden die na de bevrijding orde op zaken moesten stellen, de volgende suggestie: Minister-president Mark Rutte biedt voor die excessen excuses aan.
Onze burgemeester Klaas Smid doet dat voor Roden.
Mevrouw Elly Van Pagee, rond 2015 samen met haar vrienden zo gedreven in het theaterstuk “Verloren” de reeds decennia geleden veroordeelde “fouten” opnieuw voor het tribunaal te slepen, schrijft een nieuw/vervolg theaterstuk.
Titelidee: “Gederailleerd”.

 

Podcastmaker Maarten Van Gestel, vol in de val trappend van de rond de dorpsroddels en opgeklopte mediaverhalen ontstane mythe Jacob Luitjens, schenkt nu aandacht aan de heuse Schrik van Roden.
De Historische Vereniging Roon, gezien haar doelstelling begiftigd met alle kennis omtrent de oorlogsgebeurtenissen in ons dorp, organiseert over bovenstaande voor haar leden een middag of avond.
Ook benieuwd??