Uit de Geschiedenis van Roden: Het ware verhaal over de reisclub.
16.Dec.2023
Uit de Geschiedenis van Roden: Het ware verhaal over de reisclub.
Door: Tjerk Karsijns. Uit: gesprekken op band van 6 en 20 oktober 1979 en een geschreven verslag. Het in een onlangs uitgegeven boek over de oorlogsgeschiedenis in Roden opgetekende “Het verhaal gaat” over de reisclub kan naar de prullenbak. Hieronder wat er werkelijk gebeurde.
Foto boven: twintiger jaren vorige eeuw. Boven, vierde van links, Tj. Scheepstra, met de handen op de schouders van zijn vrouw. Rode pijl: Marcus Oudgenoeg.
Oranje pijl: Jette Gottfriedt. Gele pijl: slager L.
De reisclub
Middenstanders in Roden richtten heel vroeger een reisvereniging op. Met een Handelsvereniging, zoals ook gepubliceerd, had het niets van doen. Die bestond nog lang niet. Eens per jaar gingen de leden een dagje uit. Met de bus, aangevuld met particuliere auto’s. Nu was er aan zo’n reisje niets spectaculairs, maar in de dertiger jaren van de vorige eeuw kreeg Europa te maken met een ingrijpende politieke verandering. In Duitsland kwam Hitler aan de macht, wat vooral voor het Joodse bevolkingsdeel vergaande consequenties had. Hadden de reisjes in de twintiger jaren een ontspannen karakter, laat in de dertiger jaren kwam daar verandering in.
Echtpaar Oudgenoeg
In Roden waren slager Marcus Oudgenoeg en zijn vrouw Jette Gottfriedt het enige Joodse echtpaar dat deelnam aan de uitjes. Geen enkel probleem natuurlijk, maar toen naderde 1940.
Verrassing
De laatste reis eind dertiger jaren moest voor de deelnemers een verrassing worden. Het reisdoel was dus niet bekend. Ook Marcus en Jette Oudgenoeg stapten in de bus. De stemming was opperbest en de bus naderde uiteindelijk Nieuweschans. “We gaan naar Duitsland”, werd er geroezemoest. Op dat ogenblijk fronsten de wenkbrauwen van Marcus en Jette. Naar Duitsland? Oei!
Uitstappen
Marcus en Jetta weigerden de grens over te gaan. Zij vertelden de anderen dat zij niet meegingen omdat zij, Joden zijnde, de situatie in Duitsland niet vertrouwden. Niemand kon hen op andere gedachten brengen. Eigenlijk was de reis al bedorven en voorgesteld werd een ander doel te kiezen. De Oudgenoegs wilden daar echter niet van weten en stonden erop dat de anderen doorreisden. Zo geschiedde. Op de terugweg werd het echtpaar weer opgepikt.
Groepsfoto
Tijdens zo’n reisje werd doorgaans een groepsfoto gemaakt. En dan wordt het interessant. Bijgaand zijn twee afbeeldingen afgedrukt. De eerste van een reis in de twintiger jaren, de tweede eind jaren dertig. Op de foto’s valt iets opmerkelijks waar te nemen. Alle namen van de clubleden zijn bekend. Laten we er een paar uitlichten.
De eerste foto (boven)
Vierde van links bovenaan staat Tjerk Scheepstra, de grootvader van uw schrijver. Zijn handen rusten op de schouders van zijn vrouw Jantje Goijert. Op de tweede rij van onderen, tweede van rechts zit slager Marcus Oudgenoeg.
Boven hem zijn echtgenote Jette Gottfriedt. Naast hen zit slager L. aan de buitenkant. Tot zover een foto van de twintiger jaren.
De tweede foto (onder)
Het reisje eind dertiger jaren. Duidelijk is te zien dat de clubleden ouder zijn geworden. Gaan we naar de opstelling, dan zien we dat Marcus Oudgenoeg bovenaan vierde van links staat. Zijn hoofd komt net boven de anderen uit. Zijn vrouw Jette staat twaalfde van links boven. Slager L. staat helemaal rechts, met de (onafscheidelijke) sigaret in zijn mond. (zie ook het Tabak verhaal dat recentelijk is gepubliceerd). Het echtpaar Oudgenoeg neemt dus duidelijk afstand van L. We weten waarom. De oorlogsgeschiedenis heeft een en ander bewezen. L. werd trouwens tijdens de oorlog commandant van de Landwacht in Roden.
Het echte, bewijsbare verhaal
Tjerk Scheepstra, uw schrijvers grootvader, was medeorganisator van de reisjes.
Hij schreef ook, in zijn sierlijke handschrift, altijd een een verslag (in uw schrijvers archief). Het gebeuren rond de Oudgenoegs schreef hij dus ook op.
Hij was niet verbaasd dat het echtpaar afstand hield van L., een collega-slager.
Diens sympatieen waren reeds bekend. Zoals ook andere deelnemers vond Scheepstra het reisje verre van geslaagd. Met de vriendelijke Oudgenoegs had hij trouwens een prima relatie. Ook schreef Scheepstra alle namen op van de deelnemers.
Foto’s uit het archief van Tj. Karsijns.
Door: Tjerk Karsijns. Uit: gesprekken op band van 6 en 20 oktober 1979 en een geschreven verslag. Het in een onlangs uitgegeven boek over de oorlogsgeschiedenis in Roden opgetekende “Het verhaal gaat” over de reisclub kan naar de prullenbak. Hieronder wat er werkelijk gebeurde.
Foto boven: twintiger jaren vorige eeuw. Boven, vierde van links, Tj. Scheepstra, met de handen op de schouders van zijn vrouw. Rode pijl: Marcus Oudgenoeg.
Oranje pijl: Jette Gottfriedt. Gele pijl: slager L.
De reisclub
Middenstanders in Roden richtten heel vroeger een reisvereniging op. Met een Handelsvereniging, zoals ook gepubliceerd, had het niets van doen. Die bestond nog lang niet. Eens per jaar gingen de leden een dagje uit. Met de bus, aangevuld met particuliere auto’s. Nu was er aan zo’n reisje niets spectaculairs, maar in de dertiger jaren van de vorige eeuw kreeg Europa te maken met een ingrijpende politieke verandering. In Duitsland kwam Hitler aan de macht, wat vooral voor het Joodse bevolkingsdeel vergaande consequenties had. Hadden de reisjes in de twintiger jaren een ontspannen karakter, laat in de dertiger jaren kwam daar verandering in.
Echtpaar Oudgenoeg
In Roden waren slager Marcus Oudgenoeg en zijn vrouw Jette Gottfriedt het enige Joodse echtpaar dat deelnam aan de uitjes. Geen enkel probleem natuurlijk, maar toen naderde 1940.
Verrassing
De laatste reis eind dertiger jaren moest voor de deelnemers een verrassing worden. Het reisdoel was dus niet bekend. Ook Marcus en Jette Oudgenoeg stapten in de bus. De stemming was opperbest en de bus naderde uiteindelijk Nieuweschans. “We gaan naar Duitsland”, werd er geroezemoest. Op dat ogenblijk fronsten de wenkbrauwen van Marcus en Jette. Naar Duitsland? Oei!
Uitstappen
Marcus en Jetta weigerden de grens over te gaan. Zij vertelden de anderen dat zij niet meegingen omdat zij, Joden zijnde, de situatie in Duitsland niet vertrouwden. Niemand kon hen op andere gedachten brengen. Eigenlijk was de reis al bedorven en voorgesteld werd een ander doel te kiezen. De Oudgenoegs wilden daar echter niet van weten en stonden erop dat de anderen doorreisden. Zo geschiedde. Op de terugweg werd het echtpaar weer opgepikt.
Groepsfoto
Tijdens zo’n reisje werd doorgaans een groepsfoto gemaakt. En dan wordt het interessant. Bijgaand zijn twee afbeeldingen afgedrukt. De eerste van een reis in de twintiger jaren, de tweede eind jaren dertig. Op de foto’s valt iets opmerkelijks waar te nemen. Alle namen van de clubleden zijn bekend. Laten we er een paar uitlichten.
De eerste foto (boven)
Vierde van links bovenaan staat Tjerk Scheepstra, de grootvader van uw schrijver. Zijn handen rusten op de schouders van zijn vrouw Jantje Goijert. Op de tweede rij van onderen, tweede van rechts zit slager Marcus Oudgenoeg.
Boven hem zijn echtgenote Jette Gottfriedt. Naast hen zit slager L. aan de buitenkant. Tot zover een foto van de twintiger jaren.
De tweede foto (onder)
Het reisje eind dertiger jaren. Duidelijk is te zien dat de clubleden ouder zijn geworden. Gaan we naar de opstelling, dan zien we dat Marcus Oudgenoeg bovenaan vierde van links staat. Zijn hoofd komt net boven de anderen uit. Zijn vrouw Jette staat twaalfde van links boven. Slager L. staat helemaal rechts, met de (onafscheidelijke) sigaret in zijn mond. (zie ook het Tabak verhaal dat recentelijk is gepubliceerd). Het echtpaar Oudgenoeg neemt dus duidelijk afstand van L. We weten waarom. De oorlogsgeschiedenis heeft een en ander bewezen. L. werd trouwens tijdens de oorlog commandant van de Landwacht in Roden.
Het echte, bewijsbare verhaal
Tjerk Scheepstra, uw schrijvers grootvader, was medeorganisator van de reisjes.
Hij schreef ook, in zijn sierlijke handschrift, altijd een een verslag (in uw schrijvers archief). Het gebeuren rond de Oudgenoegs schreef hij dus ook op.
Hij was niet verbaasd dat het echtpaar afstand hield van L., een collega-slager.
Diens sympatieen waren reeds bekend. Zoals ook andere deelnemers vond Scheepstra het reisje verre van geslaagd. Met de vriendelijke Oudgenoegs had hij trouwens een prima relatie. Ook schreef Scheepstra alle namen op van de deelnemers.
Foto’s uit het archief van Tj. Karsijns.